* 2025-41: Beginners Dutch, 0-A1,
Monday 11 August – Friday 15 2025, 10am–2pm
* 2025-42: Upper-elementary Dutch, A1-A2,
Monday 25 August – Friday 29 August, 10am–2pm
* 2025-43: Intermediate Dutch, from A2 to B1-;
Monday 7 July – Friday 11 July, 7-9pm;
* 2025-44: zomercursus van B1 naar B1+,
not planned yet/ nog niet ingepland;
* 2025-45: zomercursus Nederlands van B1+ naar B2,
not planned yet / nog niet ingepland.
If the course of your liking is not in the list, we might add it – and see whether other people are interested.
Otherwise, there’s always the tailor-made option (private classes or a small group)!
2025-41: Beginners Dutch, summer course, 11 – 15 August 2025, 10am-2pm
Level: 0 to A1
Entrance level: ability to read Latin alphabet fluently
Duration: 1 week, 5 days, 4 hours per day
Class: Monday-Friday, 10am-2pm
Dates: from 11 to 15 August;
Fee: 250€
Book (Waterval 1, handed out): 35€
Online access: 10€
Welkom! Imagine you learn Dutch, but your teacher is talking most of the time: no good. Or: imagine your teacher refuses to explain anything in another language than Dutch.
In these classes, you get the chance to speak. But you will always hear what goes wrong and why. The course is interactive, communicative, and entertaining.
Your teacher will show you clearly and patiently the ten basic rules that help you along at this basic level. Outside class, there are lots of extra online possibilities to study grammar, vocabulary, and listening. There’s always a fun writing assignment for huiswerk (homework). And a lot of extra stuff, for you to choose: extra reading, listening, speaking, grammar drills, vocabulary. Sounds good?
What will I learn exactly? Anyway, you’ll learn how to say hello and goodbye, how to introduce yourself, how to talk about your age, your address, your country of origin, how to order in shops and cafes, how to use and soften up imperatives, how to ask and point out directions, and how to talk about your house and your health. We try to make it as practical as possible, and help you choose your learning speed and method. All learning materials are there, everything is possible, but the question is: what is best for you?
Click here for an online preview (les 1-10!)
Click here for the Quizlet words for lesson 1
Day 1a, morning class: Dag! Hoe gaat het? (greeting)
Homework for this session:
* www.quizlet.com > Waterval 1 (één)
(see manual Quizlet)
Program: Waterval 1
– introduction: course & students
– greeting (“Dag! Hoe is het?”);
– the vowels.
* Listen to and read lesson 1
* Translation of lesson 1 into English
Day 1b, afternoon class: Hoe heet jij? (introducing)
Huiswerk voor deze sessie (homework for this session):
* Boek: over de cursus (p4; about the course, p269).
* Uit het boek, les 1: From the book, lesson 1:
– Pagina 17 en 18;
– Doe oefening 19 en misschien 20. Do exercise 19 and maybe 20.
* www.quizlet.com > Waterval 2 (twee)
Program: Waterval 2;
* Introduceren/introducing;
* Ik/jij/u, hij/zij/het… (I/you, he/she/it….)
Day 2a, Tuesday morning claas: Ik woon in Nederland (addresses)
Huiswerk:
* boek, les 2:
– oefening 5/6/7/8;
– gatentekst(en) en rollenspel (oefening 10);
– schrijven: oefening 21/22;
* www.quizlet.com > Waterval 3 (drie)
Programma:
* Waterval les twee afmaken (finish lesson 2);
* Waterval les drie:
– addresses;
– the present tense.
Day 2b, Tuesday afternoon class: Ik kom uit… (origins)
Huiswerk:
* boek, les 3:
– oefening 4/5: presens;
– schrijven, oefening 15: verhuizen (to move);
– oefening 16: telefoon en woonplaats (residence);
– oefening 20: subject-verbum-rest.
De rest van les 3 is optioneel.
* www.quizlet.com > Waterval 4 (vier)
Programma:
* Waterval les drie afmaken: het alfabet en de tweeklanken (diphtongs).
* Waterval les vier:
– jouw origine, jouw geboorteland (your origin, country of birth)l
– het artikel: de of het? (the article)
Dag 3a, woensdagmorgen (Wednesday morning):
Hoe oud ben jij? Hoeveel kost het?
Huiswerk:
* Uit les 4 in het boek
– de oefeningen 1, 3, 5, 7-8, pagina 88;
– oefening 13-15, 19.
* Online luisteren voor les 4;
* www.quizlet.com > Waterval 5 (vijf).
Programma:
* Waterval les vier afmaken;
* Waterval les vijf:
– cijfers: bestellen en betalen; leeftijden (numbers: ordering & paying, ages);
– het meervoud van het substantief (the plural of the noun).
Dag 3b, woensdagmiddag (Wednesday afternoon). Luister/Luisteren! (de imperatief)
Huiswerk:
* In een winkel: automatiseren!
* Uit les 5 van het boek de dialoog en oefening 1 (lezen), 4 (pluraal), 7 (optioneel: 8-13; spreken in winkels), 15 (leeftijd), en 19 (vocabulaire).
* www.quizlet.com > Waterval 6 (zes).
Programma:
* korte evaluatie;
* les vijf: begroeten-bestellen-bedienen-bedanken-betalen;
* les zes: de imperatief;
* praten: hobby’s!
Dag 4a, donderdagmorgen (Thursday morning). Tot ziens! (het afscheid)
Huiswerk:
* Uit les 6 van het boek:
– de dialoog en oefening 1 (lezen),
– oefening 3 en 6 (en 17?) de imperatief,
– regel: de consonanten (lezen),
– oefening 19 (schrijven);
– optioneel 21 (vocabulaire) en 24 (herhaling presens).
* Online luisteren voor les 6;
* www.quizlet.com > Waterval 7 (zeven).
Programma: Waterval les zeven
* Tot ziens! Fijne dag
* Ik heb en ik ben (gefietst); ik kan, ik mag, ik zal, ik wil (gaan)!
Dag 4b, donderdagmiddag (Thursday afternoon). Ik ga naar huis (oriëntatie & preposities)
Huiswerk:
* Uit les 7 van het boek:
– de dialoog en oefening 3 (lezen)
– oefening 5 en 6 (regel; optioneel 21/23);
– oefening 19 (schrijven);
– pagina 157-159 (afscheid – lezen).
* www.quizlet.com> Waterval 8 (acht).
Programma: Waterval les acht;
* plaatsen en richtingen, preposities
(places and directions, prepositions)
* de regel uit les 8 en de richtingen (pagina 176-177).
Dag 5a, vrijdagmorgen (Friday morning). Ik ben thuis! jouw woning (your housing)
Huiswerk:
* Uit les 8 van het boek de dialoog en oefening 2 (lezen), 3 en 4 (de preposities, ook online), 19 (schrijven);
optioneel 21 (vocabulaire) en 24 (herhaling presens).
* www.quizlet.com > Waterval 9 (negen).
Programma: Waterval les negen
* at home (thuis; de kamers);
* possessive words (mijn, jouw…)
Dag 5b, vrijdagmiddag (Friday afternoon). Ik ga de dokter bellen. Gezondheid (health)
Huiswerk:
* Les 8, boek:
– richtingen begrijpen en richtingen wijzen: oefening 8/9;
– Ik moet nu opschieten > Ik schiet nu op: in het presens de prefix achteraan!
oefening 12 en/of 13 en/of 14;
– lezen oefening 15, schrijven 17;
– optioneel 19-23.
* Les 9, boek:
– oefening 3 (vragen dialoog), 6 en vooral 7 (possessief);
– pagina 203/204;
* www.quizlet.com > Waterval 10 (tien).
Programma:
Waterval les 9:
* spreken over jouw/jullie woning, oef. 10;
Waterval les 10:
* naar de dokter;
* de normale Nederlandse zin: “Ik ga de dokter bellen.”
Huiswerk (homework after the course, to repeat things):
* Waterval les 10:
– lezen: boek, oefening 3;
– de toekomst: oefening 6/7/8 + 23 (schrijven)
– spreken: rollenspel, oefening 14
– de lange normale zin: waterval.info/1/10/10_02subjectverbrestverb2.html;
Herhaling:
* www.quizlet.com > Waterval 0-A1 spreken
After this course, an A1-A2 course is the one to take:
* 2025-42, the summer course from 25 until 29 August.
* 2025-52, starting on Tuesday evenings in September 2025.
2025-42: Upper-elementary summer course Dutch
Niveau: A1-A2
Entreeniveau: A1. Doe alsjeblieft de niveautoets hier!
Duur: 1 week, 4 uur per dag
Dagen: maandag 25 tot en met vrijdag 29 augustus
Tijden: van 1oam tot 2pm
Kosten: 250€
Boek (Waterval 2; je krijgt het boek in de klas): 35€
Online toegang: 10€
When you master elementary Dutch, this is the course for you. Before this course, you should be able to construct a basic (“normal”) Dutch sentence in the present tense, e.g.
– “Ik slaap nu” of “Ik werk hier.”
But also:
– “Ik ga nu slapen.”, or “We moeten naar school fietsen.”
Also, you know such things as introducing yourself and ordering in shops;
and answer questions like
– “Waar kom je vandaan?”, “Hoe oud bent u?” and “Hoeveel is de huur (van jouw huis)?”
But maybe you’d also like to say:
– “Ik heb gewerkt en ik heb geslapen.” (I have worked and I’ve slept), the perfect past tense.
Or use
– inversion (“Morgen slaap ik.” – Tomorrow I’ll sleep) or know how to avoid it (“Ik slaap morgen.”)
Or use
– indirect speech (“Ik denk dat ik nu ga” – I think I’ll go now) or know how to avoid it (“Ik ga nu!”).
Then this is the course for you.
Meanwhile, there’s a lot of new topics to talk about: receiving visitors, the weather, time and “afspraken” (appointments and deals), family, personal care, clothing, hospitality and holidays.
So you learn a lot of practical Dutch, and a few hundred words of new vocabulary too.
Click here to assess that your level is A1 (condition for this course)
Click here for an online preview (les 11-20!)
Click here for a taste of the vocabulary trainer Quizlet (lesson 11)
Huiswerk en programma voor de lessen:
Dag 1a, maandagmorgen: Visite! Bezoek!
Huiswerk voor deze sessie:
* www.quizlet.com > Waterval 11 (elf).
(> Quizlet Manual)
Programma:
– introductie en overzicht van de cursus;
Waterval 2, les 11.
– op bezoek=op visite (“Kom binnen! Ga zitten!”);
– normale ge-woorden (“We hebben ge-werk-t en ge-bel-d”, etcetera).
Dag 1b, maandagmiddag: Het is warm (het weer)
Huiswerk voor deze sessie:
* www.quizlet.com > Waterval 12 (twaalf).
(> Quizlet Manual)
* boek, les 11, oefening 3-4, 7-9, 11-12, 14, 16-17, 19.
Programma:
* Boek, les 11: spreken (oefening 10), luisteren (18), rollenspel (20);
* Boek, les 12, het weer:
– introductie van thema en dialoog
– herhaling van de normale zin: “Het kan goed (worden)”.
– en/dus/maar/of/want + normale zinnen:
“Het weer is goed, en het kan nog beter worden.”
Dag 2a, dinsdagmorgen: Wanneer? Hoe laat? (de tijd)
Huiswerk voor deze sessie:
* boek, les 11, oefening 20/21;
* boek, les 12:
– normale zinnen: oefening 5/6 en 20;
– het weer: dialoog en oefening (pagina 29), rugzak (pagina 36) en oefening 13-14;
– schrijven: oefening 15.
* www.quizlet.com > Waterval 12 (twaalf).
Programma:
* huiswerk;
* Waterval 11 luisteren;
* Waterval 12 afmaken:
– oefening 2-3, spreken (7) en alleen <> maar (8);
– losse oefeningen: 11, 17…:
* Waterval les 13:
– een dag: pagina 45, oefening 1;
– de dialoog lezen;
– de tijd (twee uur, kwart over twee, twintig over twee, half drie…):
– onregelmatige participia = vreemde ge-woorden: “Ik heb gekeken (kijken), gevlogen (vliegen)”, etc.
Dag 2b, dinsdagmiddag: Afspraak is afspraak! (appointments & deals)
Huiswerk voor deze sessie:
* boek, les 12 afmaken:
– oefening 9-14: lezen, luisteren, spreken, woordenschat.
* Les 13 (bijlage 3):
– Op pagina 45 staat een dagoverzicht, een dagplanning. Vul de tabel boven in. Alles in het presens!
– Oefening 3: vragen over de dialoog (lezen).
– Oefening 5-9: OP! (onregelmatig participium)
– Oefening 11-13: de klok.
– Oefening 22 – schrijven: een mooie dag.
* www.quizlet.com > Waterval 14 (veertien).
Programma: Waterval les veertien,
– afspraken maken: oefening 2 (dialoog), 6, 12, 17;
– “Ik heb het gedacht, gebracht, gezocht, gekocht, gedaan, gehad” (en “geweest”)!
Dag 3a, woensdagmorgen: Feestje! (Nederlandse feestdagen, feesten organiseren)
Huiswerk voor deze sessie:
* Uit les 13, boek:
– pagina 45, onder de praatplaat, het perfectum invullen;
– oefening 13/14/15/16/17/18, boek: allemaal over tijd;
* Uit les 14, boek:
– dialoog (oefening 2 en 3);
– rollenspel (6) en luisteren (8)
– oefening 11, schrijven: een afspraak met…
– oefening 12: woordenschat rond afspraken.
* www.quizlet.com > Waterval 15 (vijftien).
Programma:
* Waterval 13:
– liedje (20/21), verwerking (23) en spelletje (24);
* Waterval 14 doorwerken (14-20);
* Waterval les 15;
– praatplaat, dialoog en oefening 1;
– “We hebben gelopen?” of “We zijn gelopen?”
Dag 3b, woensdagmiddag. Heb je familie?
Huiswerk voor deze sessie::
* Uit les 15 van het boek:
– oefening 4: hebben of zijn?
– pagina 89: over feesten;
– oefening 7-12: versieren, feliciteren, condoleren, excuseren…
– oefening 15, schrijven: een mooi feest!
– oefening 20-21, participium.
* www.quizlet.com > Waterval 16 (zestien).
Programma:
* korte evaluatie halverwege de cursus;
* Waterval 15:
– oefening 5 en 8 (spreken);
– oefening 13 (luisteren) en 15 (correctie schrijven);
– oefening 17/18: organiseer een feest.
* Waterval 16: familie;
– dialoog
– gesloten vragen (“Slaap je?”) en ontkennen (“Nee, ik slaap niet”).
Dag 4a, donderdagmorgen: Nu ga ik even douchen (verzorging)
Huiswerk voor deze sessie:
* Uit les 16 van het boek:
– gesloten vragen en ontkennen; familie (oefening 4-10)
– schrijven: oefening 15, mijn kindertijd
* www.quizlet.com > Waterval 17 (zeventien).
* www.quizlet.com > Waterval spreken A2.
Programma:
* Nog uit 16: spreken over je familie.
* Uit 17:
– spreken over verzorging
– inversie: uitleg & training
Dag 4b, donderdagmiddag. Dat staat je leuk! (kleren/kleding)
Huiswerk voor deze sessie:
* Uit les 17 van het boek:
– Dialoog en quiz over verzorging (oefening 2-3);
– Open vragen en inversie (4-5);
– Schrijven (oefening 13) en woordenschat (14-15).
* www.quizlet.com > Participium III: oefenen met hints.
* www.quizlet.com > Waterval 18 (achttien)
Programma:
* Waterval les zeventien:
– Inversie II: “Morgen kom ik hierheen.”
– Het lichaam: luisteren.
* Waterval les achttien:
– kleding/kleren;
– van inversie naar normaal: “Leuk staat dat!” > “Dat staat leuk!”
Dag 5a, vrijdagmorgen. Omdat ik het wil! (horeca: hotels, restaurants, cafés)
Huiswerk voor deze sessie:
* Uit les 18 van het boek: zie pdf van de les in de mail.
* www.quizlet.com > Waterval 19 (negentien).
Programma:
– de bijzin: “Omdat/Wanneer ik dat wil”:
conjunctie-subject-rest-verba.
Dag 5b, vrijdagmiddag. Van A naar B (vakantie en verkeer)
Huiswerk voor deze sessie:
* Quizlet.com > Waterval 15 (vijftien): participium IV – oefenen zonder hints
* Uit les 17:
– oefening 8;
– andere oefeningen die je nog niet hebt gedaan.
* Uit les 18:
– 4, 9, 14, 17-19;
* Uit les 19:
– oefening 3-7;
– lezen 10-12, 16.
Programma:
Waterval les 19
– reserveren, bestellen, bedienen, betalen…
– bijzin automatiseren;
– “Ik heb … nodig”, “Ik vind … lekker.”
Waterval 20:
* een reis plannen, een ticket kopen, de ov-chipkaart gebruiken;
* van bijzin naar normaal: (Waarom koop je een kaartje?)
“Omdat ik naar Maastricht ga.” >
“(Want) Ik ga naar Maastricht.”
Huiswerk na de cursus, om te herhalen:
– Boek Waterval 2 & de pdf’s met annotatie;
– www.quizlet.com > Waterval A2 spreken.
* les 19, oefening 17: schrijven – mijn Ho, Re of Ca.
* Les 20: oefening 6-8.
* de online toets
Na deze cursus is het volgende niveau “intermediate Dutch”.
* Cursus 2025-53, die begint in september 2025, is dan logisch.
2025-43: Intermediate summer course Dutch
Niveau: A2-B1
Entreeniveau: A2. Doe alsjeblieft de niveautoets hier!
Duur: 1 week, 4 uur per dag
Data: nog niet bekend. Neem contact op! (06-23045039 of info@waterval.info)
Tijden: van 1oam tot 2pm
Kosten: 250€
Boek (Waterval 3; je krijgt het boek in de klas): 35€
Online toegang (waterval.info/online.html en www.quizlet.com: 10€
When you know how to survive within the Dutch language (area), you hold an A2 level. It means you know the basics of Dutch, foremost the present and perfect, and the three main sentence structures. You know how to deal with most practical situations, like talking in a barbershop or a boutique.
Now it’s time for Intermediate Dutch. But for finding a job in the Netherlands or Flanders, and for working as such, you need a little more. Like: a larger vocabulary (±2000 words), the ability to give and understand precise instructions and explanations – things you need on the work floor. Because a B1 level means you should be able to do practical, more manual jobs where Dutch is needed, like being a receptionist, a taxi driver , a cook or a mechanic. Or do some vocational education for these lines of work.
We’ll focus on things like Dutch cuisine (yes it exists!), Dutch good manners and culture, communication, consumption, and, of course, work. This course will start by repeating the perfect tense, and will then introduce the imperfect. Next, we’ll treat such rules as the adjective (with or without e), the comparative and the superlative; demonstratives (die/dat) and the object (mij/jou/hem/haar). By the way, a recap of the A1-A2 level is standard procedure in the A2-B1 courses.
Thus, you’ll reach the level for the Dutch State Exam (level I), and with some preparation you’ll be ready to do it. This exam gives you direct access to more practical (executive technical) jobs, and education for those jobs. Also, you don’t need to do the cumbersome Inburgering trajectory and exam. With this diploma (Staatsexamen NT2, level I), you’re also considered a good Dutch citizen!
Dag 1a, maandagmorgen: In de keuken (koken), les 21
* huiswerk voor deze sessie:
– expectation management, p2
– www.quizlet.com > Waterval 21.
* programma
– introductie en kennismaking
– overzicht van de cursus;
– overzicht van de hoofdstukken;
– koken (les 21): wat vind jij lekker, wat kan je koken?
– reflexief en perfectum (allebei herhaling);
Dag 1b, maandagmiddag: In de keuken 2 (reflexief; perfectum)
* huiswerk voor deze sessie:
– www.quizlet.com > Waterval 21;
– reflexief (les 21, oefening 5-8);
– lezen: de Nederlandse keuken (les 21, oefening 9-12)
– een recept schrijven (les 21, oefening 13)
– het perfectum drillen
* programma
– huiswerk nakijken
– introductie en uitleg Quizlet;
– luisteren;
– wat is lekker (om te drinken/eten, op brood)?
Dag 2a, dinsdagmorgen: Goede manieren (les 22):
* huiswerk:
– Quizlet les 22;
– introductie imperfectum (oefening 4-7).
* Programma:
– huiswerk nakijken;
– introductie thema goede manieren en cultuur;
– Quizlet live;
– makkelijke vormen van het imperfectum.
– hoe hoort het? spreken over goede manieren.
Dag 2b, dinsdagmddag: Goede manieren (les 22):
* huiswerk:
– Quizlet les 22;
– “makkelijk” imperfectum (oefening 9-13).
– schrijven: Nederlandse cultuur
* Programma:
– huiswerk nakijken;
– moeilijke vormen van het imperfectum
– luisteren: zeggen wat je denkt
– liedje: De kat van ome Willem
Dag 3a, woensdagmorgen: Even praten. Communiceren, les 23
* huiswerk voor deze sessie:
– imperfectum: moeilijke vormen en samenvatting
– www.quizlet.com > Waterval 23.
* programma
– introductie thema communicatie;
– adjectief/comparatief/superlatief;
– telefoneren.
– excuses en complimenten maken ;
– diminutieven;
– liedje Margootje
Dag 3b, woensdagmiddag: Tien broodjes graag. Geld en kopen, les 24
* huiswerk voor deze sessie:
– het adjectief drillen (waterval.info/3/23/23_01adjectief_dril.htm)
– oefening 6, gatentekst, 7, 10, 9-11, 15, 23 (les 21);
– schrijven: oefening 20, over altijd online zijn (les 21).
– www.quizlet.com > Waterval 24;
* programma:
– korte evaluatie van de cursus halverwege
– inkopen/boodschappen, shoppen (les 24);
– die en dat (demonstratief & relatief, les 24).
– de woorden “zo’n”, “zulke” en “dergelijke”;
– spreken in winkels en over winkelen;
– spreken in een supermarkt en over een diagram.
Dag 4a, donderdagmorgen: Ook alweer geregeld. Organiseren en het object, les 25.
* Huiswerk:
– beginnen met het imperfectum automatiseren: www.quizlet.com, I/II
– les 24: de oefeningen over demonstratief en relatief (4/5/6, 10);
– les 24: geld (13), gatentekst, rollenspel (14); lezen 15-17.
– uit les 24: schrijven over een ideaal warenhuis
– uit les 24: woordenschat winkels en winkeliers (oef. 24/25).
– uit les 25: woordenschat organiseren (www.quizlet.com)
* Programma:
– uit les 25: dialoog en spreken (oef. 2);
– uit les 25: het object
– uit les 25: participia zonder ge- (oef. 22/23);
Dag 4b, donderdagmiddag: Aan het werk. Bijzin + inversie, les 26.
* huiswerk voor deze sessie:
– doorgaan met het imperfectum automatiseren: www.quizlet.com, II/III
– les 25: het object (oef. 7-10);
– les 25: volgorde (oef. 13 en 18); gatentekst;
– les 25: lezen over kopen en reclames (14-15);
– les 25: schrijven: organiseren (20-21).
* programma:
– het object afmaken (L25, oef. 11);
– kijken/luisteren: tv-reclames (L25, oef. 17);
– samenvatting “pronouns” (L25, oef 23);
– het passief (oef. 26/27);
– woordenschat: groente en fruit (oef. 22).
Dag 5a, vrijdagmorgen: Solliciteren. Les 26.
* Huiswerk:
– Quizlet les 26
– Pagina 133: beroepen. Waterval 24 afmaken?
– het imperfectum automatiseren: www.quizlet.com, III/IV.
* Programma, uit les 26 van het boek:
– spreken: beroepen en wat je daarbij doet;
– regel: bijzin+inversie en ook inversie+inversie
– ontsnapping (truc 26): hoofdzin + bijzin.
– verder praten over werken (oefening 13+14);
– woordenschat: het woord “zelf” (oef 17), beroepen;
– spreken: sollicitatiegesprekken (oefening 30+extra opdracht).
Dag 5b, vrijdagmiddag:
– of: Wat een instelling! Bureaucratie & Tijd-Manier-Plaats.
– of: een uitstapje (field trip)
* Huiswerk:
– bijzin+inversie: oefening 5-7.
– schrijven: mijn werkervaring
– voor les 27: de lijst op Quizlet.com.
Programma:
– uit Waterval les 27: tijd-manier-plaats
– uit Waterval les 27: bureaucratie in Nederland (dialoog, oefeningen)
of:
– een wandeling in en/of om Maastricht: veel praten en een afsluitend drankje op een terras
Click here for a test to assert if your level is A2 (necessary to do this course)
Click here for an online preview (les 21-27!)
Click here to register!
De cursus die hierna komt is “upper-intermediate Dutch”, van niveau B1 naar niveau B1+. In de herfst (het najaar) van 2025 begint 2025-54. Je kunt je al inschrijven!