Waterval 18-1: demonstratief 1
We doen het officieel:
"de - deze (dichtbij) - die (ver)" en "het - dit (dichtbij) - dat (ver)".
Maar "die" en "dat" is niet echt fout voor dingen die dichtbij zijn.
Nederlanders doen het ook!
Tip: het afschrift
Lisa zegt: "Kijk eens hier, naar
- deze afschrift van de bank."
- die afschrift van de bank."
- dit afschrift van de bank."
- dat afschrift van de bank."
Tip: de rekening!
Alex vraagt haar: "Is er iets met ... hier?"
- deze rekening
- die rekening
- dit rekening
- dat rekening
Tip: het bedrag!
Lisa zegt: "Kijk naar ... daar!"
- deze bedrag
- dat bedrag
- die bedrag
- dit bedrag
Tip: het geld
Alex vraagt haar: "Heb je ... daar geteld?"
- deze geld
- die geld
- dit geld
- dat geld
Tip: de portemonnee
"In ... daar?"
- deze portemonnee
- die portemonnee
- dit portemonnee
- dat portemonnee
Tip: de ober
"Roep ... daar eens."
- deze ober
- die ober
- dit ober
- dat ober
Tip: het bonnetje
"Ober! Wilt u eens kijken naar ... hier?"
- deze bonnetje
- die bonnetje
- dit bonnetje
- dat bonnetje
Tip: de cola
"... die hier op het bonnetje staat, hebben wij niet gehad."
- Deze cola
- Die cola
- Dit cola
- Dat cola
Tip: het glas
Ober: "Jawel meneer, kijk maar, de cola zat in ... daar voor u op de tafel."
- deze glas
- die glas
- dit glas
- dat glas
"Oh nee beste ober, in ... hier zat spa rood."
- deze glas
- die glas
- dit glas
- dat glas