Nu de comparatief (kleiner/kleinere). Wat is goed?
Dit zijn grote aardappels dan die andere daar.
Dit zijn groter aardappels dan die andere daar.
Dit zijn grotere aardappels dan die andere daar.
Nu de comparatief. Wat is goed?
Laten we naar de groter supermarkt gaan.
Laten we naar de grotere supermarkt gaan.
Nu de comparatief. Wat is goed?
Het nieuwe lijstje is lang dan het oude lijstje..
Het nieuwe lijstje is langer dan het oude lijstje..
Het nieuwe lijstje is langere dan het oude lijstje..
Nu de comparatief. Wat is goed?
Ik wil een groter mandje.
Ik wil een grotere mandje.
Nu de comparatief. Wat is goed?
De komkommers worden steeds krommer.
De komkommers worden steeds krommere.
Nu de superlatief. Voorbeelden: 1. "Wij kennen de oudste man/de oudste vrouw/het oudste kind." (the oldest with noun: altijd met e). "Wij kennen de oudste (man)." (the oldest with a noun implied: altijd met e) 2. "Ik ben het oudst(e)". (the oldest without noun: met of zonder e, je mag kiezen) "Hij doet dit het slechtst(e)" (adverb: met of zonder e, je mag kiezen)
[Adjectief = rood] "Neem je deze tomaten?" "Ik neem altijd de rode tomaten."
[Adjectief = rood] "Neem je deze tomaten?" "Ik neem altijd de roodste tomaten."
[Adjectief = rood] "Neem je deze tomaten?" "Ik neem altijd de rodeste tomaten."
Welke superlatief is goed? Denk eraan: "blauw" wordt "blauwste" of "blauwst".
Dit is de blauwste lucht die ik ooit heb gezien. (This is the bluest sky that I ever have seen.)
Dit is de blauwst lucht die ik ooit heb gezien. (This is the bluest sky that I ever have seen.)
Dit is de blauweste lucht die ik ooit heb gezien. (This is the bluest sky that I ever have seen.)